Bij het aanleggen van kabels en leidingen is het van essentieel belang om de minimale diepte voorschriften in acht te nemen. Deze voorschriften zijn opgesteld om de veiligheid te waarborgen en schade aan de kabels en leidingen te voorkomen. In dit artikel zullen we de belangrijkste richtlijnen bespreken met betrekking tot de minimale diepte van kabels en leidingen.
Minimale diepte voorschriften zijn van groot belang omdat ze de veiligheid waarborgen en schade aan kabels en leidingen helpen voorkomen. Door kabels en leidingen op de juiste diepte te leggen, worden ze beschermd tegen externe factoren zoals graafwerkzaamheden, druk van voertuigen en andere mechanische belastingen. Bovendien vergemakkelijkt het volgen van de minimale diepte voorschriften het onderhoud en de reparatie van kabels en leidingen.
Type kabel/leiding |
Minimale diepte in cm |
Elektrisch - laagspanning |
60 |
Elektrisch - middenspanning |
80 |
Voor elektriciteitskabels gelden specifieke minimale diepte voorschriften. Over het algemeen moeten laagspanningskabels op een diepte van minimaal 60 centimeter worden gelegd. Voor midden-en-hoogspanningskabels gelden strengere voorschriften, waarbij de minimale diepte meestal rond de 80 centimeter ligt. Deze diepte voorschriften zorgen ervoor dat de kabels voldoende beschermd zijn en dat er geen gevaar ontstaat bij graafwerkzaamheden.
Type kabel/leiding |
Minimale diepte in cm |
Hogedrukleiding (P>1 bar) |
80 - 100 |
Hogedrukleiding (P>40 bar) |
100 |
Bij gasleidingen is het cruciaal om de minimale diepte voorschriften nauwkeurig op te volgen. In de meeste gevallen moet de diepte van gasleidingen minimaal 80 tot 100 centimeter zijn. Dit geldt voor lage druk gasleidingen. Voor hoge druk leidingen van meer dan 40 bar geldt een minimale diepte van 100 centimeter. Deze diepte biedt voldoende bescherming en voorkomt dat de leidingen worden blootgesteld aan schade door externe factoren. Mocht je werkzaamheden gaan uitvoeren nabij gasleidingen, lees dan eerst het kennisartikel over de richtlijnen voor graven nabij Gasunie-leidingen.
Type kabel/leiding |
Minimale diepte in cm |
Transportleiding en distributieleiding |
100 |
Waterleidingen moeten doorgaans op een minimale diepte van 100 centimeter worden geplaatst. Deze diepte voorschriften gelden voor zowel de aanvoerleidingen als de afvoerleidingen. Het naleven van deze voorschriften is essentieel om schade aan de waterleidingen te voorkomen en een betrouwbare watervoorziening te garanderen. Het is bij waterleidingen zo dat je deze niet zomaar mag verleggen, bijvoorbeeld de waterleidingen van Vitens. Lees in ons kennisartikel over het verleggen van waterleidingen van Vitens hier meer over.
Doordat er op enkele plaatsen in Nederland sprake is van een structurele daling van de grond, heeft dit ook gevolgen voor kabels en leidingen. Storingen kunnen bijvoorbeeld moeilijker verholpen worden naarmate kabels en leidingen dieper wegzakken in de grond. Het is dus belangrijk dat kabels en leidingen een minimale diepte hebben, maar dat deze ook niet te diep in de grond liggen. De maximale diepte van kabels en leidingen verschilt per type ondergrond. Vandaar dat Stedin het volgende adviseert:
Bodemsoort |
Maximale diepte in cm |
Zand |
120 |
Klei |
120 |
Veen |
100 |
Veen sterk zakkend |
80 |
Het is dus belangrijk om rekening te houden met de minimale ligging van kabels en leidingen en de maximale ligging van kabels en leidingen. Mocht je werkzaamheden gaan uitvoeren die betrekking hebben op het wijzigen van de ligging, dan is het verplicht een Klic-melding te doen. Met deze Klic-melding vind je een overzicht van de kabels en leidingen in de ondergrond.